INTERNATIONALE BEDOENING
Jongste zoon heeft naast een passie voor mooie autoβs in het – zeg maar – hogere segment momenteel ook een passie voor straaljagers. En wie ben ik om zijn passies in de weg te staan. Dus toen hij vroeg: βPap kunnen we naar vliegbasis Leeuwarden om de Amerikaanse F22 Raptor te zien aankomen?β Hoefde ik niet lang na te denken. Dat gingen we doen.
Ik had ergens gelezen dat er straaljagers vertrokken uit de Verenigde Staten. Maar hoe laat ongeveer? Die lui moeten natuurlijk eerst nog van alles voorbereiden: tanken, vliegpakjes aan en een helm opzetten. Ik noem maar wat. Ik gokte dat ze aan het begin van de middag aankwamen. We kwamen exact op tijd.
Bij de vliegbasis was het een internationale bedoening. Onze zoon stond gezellig te keuvelen met vliegtuigspotters uit Brabant en Zwitserland alsof hij ze al jaren kende. Stel je toch eens voor. Gewoon even vanuit Zwitserland naar Leeuwarden rijden om een nieuw type straaljager te zien. Wat wonen wij in Kampen toch lekker centraal. Als er iets te zien is ergens in Nederland zitten wij er bij wijze van spreken al binnen een uurtje of anderhalf.
Een uurtje rijden voor tien minuten kijken naar stijgende dingen, een half uur naar de andere kant van het vliegveld, daar een half uur wachten in de stromende regen en weer tien minuten kijken naar dalende dingen en hop het hele feest is voorbij. Doorweekt stonden we te wachten op de dalende toestellen. Na de eerste paar straaljagers zei ik: βIk ga vast in de auto zitten, die laatste twee geloof ik welβ. Onze zoon bleef volhardend in de regen staan. Hier was hij voor gekomen. Hij bleef staan tot ze allemaal binnen waren.
De F22 Raptor die denken we gezien te hebben, maar βt ging allemaal zo snel dat ik geen typenummer heb gezien. Samen met de andere spotters zagen we in ieder geval de Nederlandse F012, F013, F017 en F026. De Amerikaanse LN5570, 5572, 5580 en nog twee waar ik het typenummer niet van kon zien. Na dit spektakel regelde onze zoon dat ik bij de Mac mijn allereerste Flurry ever kreeg voorgeschoteld en konden mijn oren rustig bijkomen. Wat een hels kabaal maken die straaljagers.
Terwijl we terugreden naar Kampen dacht ik ineens aan het moment dat onze Kamper Kogge uit βt water kwam. Ik herinner me alleen veel Kamper volk dat toen op de been was. Zouden daar ook Koggespotters uit Brabant en Zwitserland bij gestaan hebben?
( Stadscolumn #55 | 31 mei 2023 )
βWΓΓR BIJ D’R ENE VAN?β
Dat hoorde ik toen ik net (1995) in Kampen woonde. “Wat zeggen ze nou?”, dacht ik eerst. Later zag ik het ergens staan. Aha, zo schrijf je dat dus op zijn Kampers. Als iemand van βbuitenafβ wist ik ook niet precies wat men hiermee bedoelde. Nu weet ik het wel natuurlijk. Je ontwikkelt een βoorβ voor het Kampers dialect als je hier wat langer woont. Inmiddels kan ik zeggen dat ik er βeneβ ben van Passie. Ah denkt u misschien, dan heeft ie het toch niet goed begrepen. Jawel hoor! Bij gebrek aan een Kamper familiestamboom heb ik mijn bedrijf Passie voor Glans tot Kamper stamboom uitgeroepen.
De meeste autoliefhebbers weten wie ik ben en als ze het nog niet weten, moeten ze maar gauw mijn website verder bezoeken. Ik uutprakkezeer voor u regelmatig een mooi βstukkienβ over Kampen, over autoβs en wat me verder nog te binnen schiet. De inspiratie komt vanzelf want in Kampen gebeurt genoeg!